De wankelende positie van posities

Het lijkt erop dat spelers die zich puur op één positie richten, verleden tijd zijn. Tegenwoordig moet je multi-inzetbaar zijn, all-round, een alleskunner. Nouja, misschien niet alles, maar veel.

Dirk Kuyt is uiteraard een extreem voorbeeld. Kuyt speelde op het WK als spits, linksback en rechtsback. En keepen schijnt hij ook te kunnen. Naar verluidt is zijn bijnaam sinds een paar maanden Barbapappa.

Siem de Jong maakte faam bij Ajax als nummer tien. Maar trainer Frank de Boer zette hem bij gebrek aan beter in de spitspositie. Spelers als Sigthorsson, Bojan en Hoesen voldeden blijkbaar niet, dus werd de 10 een 9. Of meer precies: een negenenhalf. Dus.

Een veelscorende schaduwspits is niet meer gewoon een veelscorende schaduwspits. Als relatief veel scoren als ‘10’ een signaal is dat die speler in de spits kan/moet spelen, zou Fred Rutten bij Feyenoord dus geen spits hoeven te zoeken, maar Lex Immers naar voren kunnen schuiven. De middenvelder zit qua scoringsmoyenne boven de 1 op 3.

Het veelbesproken 5-3-2-systeem doet de klassieke positie ook wankelen. Want is de linksback nu een linksbuiten? Of is het andersom? Als Bruno Martins Indi op links speelt, ga ik voor het eerste. Maar Memphis Depay is in dat geval een verdedigende linksbuiten. Volg je het nog?

Daley Blind, nog een voorbeeld. Linksback van origine, maar omgevormd tot verdedigende middenvelder. Parttime althans. En in dat 5-3-2-systeem moet hij ook linkercentrale verdediger kunnen zijn. Nick Viergever, die net van de ‘LCV’ naar de linksbackpositie is verhuisd, stond zondag tegen PEC Zwolle centraal op het middenveld bij Ajax.

Het merkwaardigste is nog wel de veranderde taakomschrijving van de doelman. Louis van Gaal wilde stiekem Kenneth ‘Grabbelaar’ Vermeer als doelman, omdat hij zo lekker meevoetbalt. Jasper Cillessen stak een denkbeeldige middelvinger op naar de coach door in de wedstrijd tegen Argentinië tot tweemaal toe een spits uit te kappen.

Het gaat dus verder dan een beetje meeverdedigen, of de positie die even niet op zijn plek staat overnemen. De keeper moet blijkbaar meevoetballen en een centrale verdediger moet inschuiven, passen en technisch vaardig zijn. Backs moeten opkomen, over de buitenspelers heen komen, voorzetten geven en als een malle weer terugrennen om te verdedigen.

Middenvelders moeten complementair aan elkaar of allround in hun eentje zijn. Aanvallers moeten meeverdedigen, maar ook hun mannetje voorbij, een voorzet geven en ook nog regelmatig scoren. Vijf goals voor een rechtsbuiten is gewoon heel karig. En het is geen excuus dat je achter de linksbuiten van de tegenstander aan moet, omdat je ploeggenoot Meneer Rechtsback nog bij de achterlijn van diezelfde tegenstander staat.

De positie van de positie wankelt. De pure spits is achterhaald, de controlerende middenvelder is passé en de keeper gebruikt vaker zijn voeten dan zijn handen. De ‘positiespecialist’ is een uitstervend ras.

Foto bovenaan: detwitchter.wordpress.com.


Reacties

Eén reactie op “De wankelende positie van posities”

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *