Als je uit je hoofd drie Braziliaanse topvoetballers moet noemen, zal je – afhankelijk van je leeftijd – gaan voor bijvoorbeeld Ronaldo, Rivaldo, Romario, Roberto Carlos, Pelé, Garrincha of zelfs Socrates. Genoeg toppers om uit te kiezen. Maar hoeveel mensen zullen Roberto Firmino noemen? En om meteen de vervolgvraag te stellen: Doet dat aantal recht aan de talenten van de Liverpool-speler?
Kort antwoord: Nee. Tenminste, ik weet vrij zeker dat maar weinig mensen Firmino zullen noemen. De Braziliaanse aanvaller lijkt toch door velen niet op waarde geschat te worden. Bij het nationale team wordt de spotlight ingenomen door superster Neymar, en zijn er ook nog andere toppers zoals Gabriel Jesus, Philippe Coutinho, Vinicius Junior, Marcelo en natuurlijk de twee keepers Ederson en Alisson.
Maar geen zorgen, je bent niet de enige. Vele, vele, vele scouts scannen de talloze voetbalvelden over de gehele wereld op zoek naar talent. Maar niemand van hen pikte voormalig kokosnootverkoper Firmino op. Gelukkig werd hij uiteindelijk wel ontdekt. Alleen niet door een scout. Nee, door een tandarts! Marcellus Portella zag de toenmalig controlerende middenvelder zijn talenten etaleren bij Clube de Regatas Brazil (CRB) en dacht: Dit is de nieuwe toekomstige ster van de Seleçao.
Portella, die overigens niet direct verantwoordelijk is voor de tandpastalach van Firmino, besloot vervolgens maar zijn witte jas en boor aan de wilgen te hangen en de manager van zijn nieuwe pupil te worden. Na een tocht langs verschillende Braziliaanse clubs, was het Figueirense dat het aandurfde met Firmino. De frêle jongen uit Marceio betaalde het vertrouwen terug door niet één, maar twee keer te scoren met een omhaal. Twee jaar later, in 2011, deed hij waar veel van zijn landgenoten van dromen: hij maakte de Grote Oversteek naar Europa. En bij het Duitse Hoffenheim brak de veelzijdige aanvaller door en begon zijn ster te rijzen.
Bobby
Inmiddels gaat het goed met de man die bij zijn huidige club Liverpool liefkozend ‘Bobby’ wordt genoemd. Zodra de fan uit de havenstad de vertrouwde voorhoede van Sadio Mané, Mo Salah en Roberto Firmino op het wedstrijdformulier ziet staan, gaat hij eens even goed rechtop staan (of op het puntje van zijn bank of stoel zitten, als hij thuis is) en pakt er een extra ‘pint’ bij. Liverpudlians weten dat ze gaan genieten, en zullen dan ook vol vertrouwen zijn over een goede afloop.
Maar buiten de stadsgrenzen van Liverpool is Firmino vaak nog ‘gewoon wel een goede spits’. Er zullen vast ook mensen zijn die hem irritant vinden. Of, als je met een zure, of zelfs cynische, voetbalfan spreekt is het ‘die paradijsvogel uit Zuid-Amerika’. Vrijheid van meningsuiting, ik weet het. Maar het is gewoon onzin.
Los van de extreem goede chemie en samenwerking die het eerdergenoemde aanvalstrio van Liverpool heeft, is Roberto Firmino gewoon één van de sterren aan het voetbalfirmament. Hij scoort niet zo vaak als zijn voorgangers die de spitspositie bij Brazilië als jachtterrein hadden, en hij is ook niet dat grote blok beton dat in het land van de kick and rush de lange ballen opvangt en wacht tot zijn partner in crime de tot rust gemaande bal het net in rost.
He is the best of both worlds.
Statistieken
Zijn snelheid, techniek, werkethos en niet te vergeten zijn ’torinstinct’ maken hem de gevaarlijke hybridespits die Liverpoolfans (en trainer Jurgen Klopp) zo graag zien. Firmino speelde in de Bundesliga, in dienst van Hoffenheim, 140 duels. Hij maakte daarin 38 goals en 29 assists. Met andere woorden: in ongeveer de helft van de wedstrijden die hij speelde, was hij betrokken bij een goal. Gemiddeld gezien.
In de Premier League heeft Firmino dat gemiddelde nog iets opgeschroefd, namens Liverpool was de Braziliaan betrokken bij 79 goals in 134 wedstrijden. In de tijd dat Firmino speelt bij The Reds valt er elke 129 minuten een goal waar hij aan bijgedragen heeft, door middel van een assist of door zelf de trekker over te halen.
Glimlach
Uiteraard is elke speler meer dan droge cijfers. Zo roemen velen zijn aandeel in het spel, en is hij regelmatig ver van het vijandelijke doel te vinden om zijn verdedigende taken uit te voeren. Niet voor niets noemde trainer Klopp hem ‘de motor van het elftal’. De Braziliaan is niet te beroerd om een tandje bij te steken. En misschien wel het allerbelangrijkste: hij is zo’n speler waarvan het spel FIFA zou zeggen ‘heeft iets extra’s’, of waarvan het stokoude cliché zegt ‘voor hem kom je naar het stadion’.
In een seizoen waarin er soms wat (voorzichtige) kritiek op het supertrio van Liverpool is, scoren de drie aanvallers gezamenlijk gewoon 46 goals. En dat leidt voorlopig tot een spannende titelstrijd met regerend kampioen Manchester City. Een tastbare prijs, of het nu inderdaad de titel wordt of anders de Champions League, zou voorlopig de kroon op de loopbaan van Firmino zijn, aangezien hij op zijn 27e nog over een leeg palmares beschikt.
Maar ook als dat niet lukt: er valt genoeg te lachen op Anfield Road. Dankzij tandarts Marcellus en zijn voormalig patiënt Roberto Firmino.
Geef een reactie